De stad Aalst trendsetter in het belasten van ‘imagoverlagende en overlastverhogende’ winkels.
Net als in Antwerpen werd in Aalst – reeds veel eerder, meer bepaald bij gemeenteraadsbeslissing van 17 december 2013 – op voorstel van burgemeester Christoph D’Haese (N-VA), tevens bevoegd voor Financiën – een ‘ontmoedigingsbeleid’ met betrekking tot nachtwinkels en private bureau’s , zeg maar bel- of telefoonwinkels, vastgelegd.
‘In Aalst zijn we er in geslaagd om de wildgroei van nachtwinkels onder controle te krijgen. Dit gebeurde door de invoering van een openingsbelasting van 6.000 euro (maximumbedrag) en een jaarlijkse belasting van 1.500 euro’, licht burgemeester Christoph D’Haese (N-VA) toe.
Momenteel zijn er in Aalst 22 nachtwinkels. Burgemeester Christoph D’Haese (N-VA), alsook het Parket, waken verder streng over de naleving van de vigerende regelgeving rond nachtwinkels.
Afgelopen carnaval bezocht de burgemeester samen met de whiskyploegen een aantal nachtwinkels precies met het oog op respecteren van openingstijden en ook en vooral om de verkoop van alcohol aan minderjarigen te beteugelen.
Zo werd verder recentelijk ook op 12 oktober 2014 nog een nachtwinkel gesloten en verzegeld wegens het bij herhaling niet respecteren van de openingsuren. Twee andere nachtwinkels werden geverbaliseerd.
Ook op 16 november 2014 werd gecontroleerd, waarbij twee andere nachtwinkels werden geverbaliseerd. De belasting is reeds van begin dit jaar van kracht en vertegenwoordigd in 2014 voor de stad een belastinginkomst van 50.100 euro.
‘De aangroei werd omgebogen van een sterke groei naar een stagnering van het aantal nachtwinkels. Deze belasting heeft dus zijn nut bewezen. Bijgevolg kunnen we zeer zeker spreken van een succes.’
